Freddy is een tienerjongen, afkomstig uit een familie van weerwolven. Hij hoopt op een dag, net zoals zijn vader, de leider te worden van de weerwolvenroedel. Door die passie wordt hij al snel roekeloos en egoïstisch. Wanneer hij tijdens zijn eerste transformatie verandert in een poedel, is hij zwaar in shock. Gelukkig leert hij al snel straathond Batty kennen. Samen met haar hulp en de beproevingen van het straatleven omarmt hij zijn nieuwe gedaante en leert hij wat het betekent om een echte held te zijn.

Batty is een taai hondje dat alles kent van het straatleven. Ze heeft enorm veel last van verlatingsangst, nadat ze als enige hondje niet werd verkocht en daarop werd gedumpt in een steeg. Al die jaren alleen hebben haar gemaakt tot wie ze vandaag is: een brutaal karakter dat haar lieve en kwetsbare persoonlijkheid verbergt. Batty is pittig en maakt liever een grapje dan te praten over persoonlijke dingen. Wanneer ze Freddy tegenkomt, besluit ze hem tegen beter weten in te helpen. Ondanks haar harde woorden verlangt ze immers naar een familie en een echte thuis. Na een tijdje beseft ze dan ook dat die pluizige roze poedel misschien toch wel een beetje oké is ... een klein beetje maar.

Flasheart is de dappere, knappe en charismatische vader van Freddy. Als gerespecteerde leider van de Milford-roedel zorgde hij ervoor dat weerwolven vredig onder de mensen kunnen leven. Natuurlijk is het een grote verantwoordelijkheid om leider te zijn, maar Flasheart houdt ervan om alles luchtig te houden en plezier te maken. Freddy kijkt enorm op naar zijn vader en beschouwt hem als een echte held.

Hotspur is Freddy’s meedogenloos ambitieuze oom. Hij is narcistisch, wreed en leefde altijd al in de schaduw van zijn geliefde broer Flasheart. Hotspur gelooft dat enkel hij de rechtmatige leider is van de Milford-roedel. Nadat Flasheart verdwenen lijkt, is enkel Freddy nog een probleem. Wanneer Freddy verandert in een poedel ziet Hotspur dan ook zijn kans om eindelijk de leiding in handen te nemen. Voor Hotspur geldt het principe: het doel heiligt de middelen. Hij zal dan ook niet twijfelen om honden, die hij met een passie haat, en daarbij ook zijn eigen neefje, te verwoesten om aan de macht te komen.

Cripp was ooit een doodgewone ijsjesverkoper, misschien wel een beetje gek, maar wel gepassioneerd door zijn vak.

Maar op een nacht kruiste hij wegen met de Milford-wolvenroedel en sloeg het noodlot toe. Cripp, die doodsbang was van de wolven, viel bijna van een klif en jaagde Flasheart, die hem probeerde redden, daarmee zijn dood in. De lafaard kan ontsnappen met de maansteenring van Flasheart én een obsessie die heel zijn leven zou veranderen. Soms lijkt hij terug normaal te functioneren, maar door de gebeurtenis van die ene nacht kan hij soms helemaal krankzinnig worden. Met de hulp van de maansteenring, zijn ‘vriend’ Scoops (een speelgoedgorilla) en zijn ijsbusje is Cripp constant op zoek naar weerwolven. Hij wacht dag in, dag uit tot zijn ring blauw kleurt en de jacht weer kan beginnen.